Het tweede deel van Marini's weelderige en sensuele eerbetoon aan de Amerikaanse film noir van de jaren 50. Voor Slick wordt het er niet beter op. Tot nu toe had hij te maken met Ierse gangsters, maar dit keer wordt het een ander verhaal: nu wordt hij geconfronteerd met de Italiaanse maffia. Rex, voor wie hij maar één keer heeft gewerkt, vraagt hem deze keer onder bedreiging een kunstwerk te stelen. En niet zomaar een, want behalve erg waardevol is het werk eigendom van de maffia. In een ideale wereld zou Slick wegzeilen met Caprice, de vrouw van zijn leven. Maar we leven niet in een ideale wereld. Caprice zit ook vast: Rex houdt haar tegen met een geheim dat haar carrière voor altijd zou kunnen ruïneren. En daar houden Slicks problemen niet op, want hij moet samenwerken met een stelletje echte krankzinnigen. Bloed en tranen zullen vloeien...